pRF perifere zenuw

Gepulseerde radiofrequente behandeling van een perifere zenuw.

Perifere zenuwen bevinden zich aan de uiteinden van ons zenuwstel. Het perifere zenuwstelsel is het deel van ons zenuwstelsel buiten hersenen en ruggenmerg. Het perifere zenuwstelsel bestaat uit hoofdzenuwen (de hersenzenuwen en de ruggenmergzenuwen) en de perifere zenuwen. Deze perifere zenuwen vormen een complex netwerk. 

Wanneer een perifere zenuw beschadigd of geïrriteerd raakt kan zenuwpijn ontstaan. Dit noemen we ook wel neuropatische pijn. Een irritatie van een zenuw kan onder meer ontstaan als de zenuw klem komt te zitten. Een voorbeeld het carpale tunnel syndroom. Hierbij komt een  zenuw naar de hand klem te zitten in een bindweefselbandje bij de pols.

Beschadiging van een perifere zenuw kan optreden na een operatie. Er is dan een zenuwtakje in de huid beschadigd. Dit noemen we littekenpijn. De huidzenuw in het litteken vormt dan een een bobbeltje, dit noemen we een neuroom. Vanuit het neuroom worden dan pijnprikkel gegenereerd. Littekenpijn komt relatief vaak voor bij liesbreukoperaties en na borstoperaties. 

Pijn vanuit een perifere zenuw kan worden behandeld met een gepulseerde radiofrequente stroom. Dit noemen we een pRF perifere zenuw, een afkorting van het engelse Pulsed RadioFrequency. Bij deze behandeling wordt een dun naaldje vlak bij de te behandelen zenuw of bij het neuroom gebracht. Dit gebeurt vaak met behulp van echografie. Met een teststroom kan worden gecontroleerd of het naaldje zich dicht genoeg bij de te behandelen zenuw bevindt. De patiënt voelt dan een tinteling of een klopende sensatie.

Als we zeker weten dat het naaldje zich op de juiste plaats bevindt, wordt de zenuw verdoofd. Daarna wordt een gepulseerde radiofrequente stroom door de naald gezonden. Hier voelt u niets van. De zenuw wordt hierdoor aan een snel wisselend elektrisch veld blootgesteld. Dit blokkeert de geleiding van pijnprikkels door de betreffende zenuw voor langere tijd. De functie van de zenuw blijft intact. In sommige gevallen wordt er ook nog een ontstekingsremmer, in de vorm van corticosteroïden, toegediend.

De behandeling kan gedurende enkele dagen wat napijn geven. Dit valt meestal erg mee. Ook kan tijdelijk “doof gevoel” ontstaan in het huidgebied van de behandelde zenuw. Dit verdwijnt na enkele weken. Het is een veilige behandeling. Complicaties als een infectie of bloeding zijn erg zeldzaam.